Het speciale aan het nieuwe beleidsplan is dat het huidige lichtbeleid wordt omgekeerd. Waar eerst het beleid was om alles te verlichten, tenzij het niet anders kan of nodig was, wordt het nieuwe beleid “Donker waar mogelijk, licht waar nodig”.

Dit heeft een aantal voordelen. Met name zorgt het voor minder lichtvervuiling en minder energieverbruik. Het beleidsplan beantwoord echter een belangrijke vraag niet: hoe zit het met de lichtvervuiling door grote bedrijven? Door een motie vanuit de fractie van GroenLinks Wijchen hebben wij nu antwoord op deze laatste vraag. Deze motie werd in grote meerderheid aangenomen.

Hoe zit het met de verlichting door bedrijven?

Niet alleen de openbare verlichting zorgt namelijk voor lichtvervuiling. Ook particuliere verlichting, en dan vooral van grote bedrijven, kan voor oververlichting van de openbare ruimte zorgen. Bijvoorbeeld: op dit moment word je als fietser in het donker op de Nieuweweg al volledig verblind door enerzijds de lantaarns die alleen gericht staan op de autoweg en anderzijds de megalomane verlichting op de grote kantoorkolossen. Hierover staat alleen in het plan “We gaan met de ondernemersverenigingen in gesprek over de verlichting van bedrijven.”

Tijdens de raadsvergadering hebben wij hierover de volgende vraag aan het college gesteld: Wat kan de gemeente doen wanneer een gesprek niet leidt tot verdere actie van de diverse lichtvervuilers? Dit geldt ook over het gesprek dat aangegaan wordt met Prorail en met de eigenaren van kassen en stallen.

Het college gaf als antwoord dat het beleidsplan alleen gaat over de openbare verlichting en niet over particuliere buitenverlichting. De buitenverlichting van bedrijven wordt vooral geregeld via het reclamebeleid. Wanneer er wordt gewerkt aan de openbare verlichting op locatie worden de omliggende bedrijven natuurlijk meegenomen, maar het beleidsplan over de openbare verlichting ziet niet voor om bedrijven te dwingen om hun verlichting aan te passen. En er zijn ook kassen, sportvelden, monumenten et cetera.

Onze motie: Toekomstig beleid in lijn met het lichtbeleid!

Volgens GroenLinks is dit niet genoeg. De verlichting buiten moet als geheel gezien en aangepakt worden. Het is raar als aan de ene kant de openbare verlichting naast een weg wordt afgeschaald, maar aan de andere kant een lichtmast aan dezelfde weg vol blijft stralen.

Daarom diende de fractie van GroenLinks een motie in onder de titel “openbare verlichting: een lichtend voorbeeld voor het andere beleid”. De fractie roept daarin het college op om het toekomstig beleid (zoals het reclamebeleid, Omgevingswet, Activiteitenbesluit, Wet Milieubeheer, welstandsnota etc.) in lijn met de uitgangspunten van het beleidsplan openbare verlichting te brengen. Deze motie werd in grote meerderheid aangenomen.

Ook diende GroenLinks met o.a. de VVD een amendement in om wel te onderzoeken welke fietspaden naar de kerndorpen nu onveilig zijn en wat voor maatregelen (denk aan reflectie) er kunnen worden toegepast om daar de veiligheid te verbeteren.

Samenvattend

Al met al zit het beleidsplan goed. Door het beleid om te draaien van “altijd verlichten, tenzij” naar “Donker waar kan, licht waar nodig” wordt lichtvervuiling verhinderd en energie bespaart. GroenLinks-raadslid Pepijn Oomen concludeerde dan ook: “Als dit beleid goed wordt uitgevoerd, wordt het niet onveiliger en zelfs veiliger om ’s nachts buiten te zijn en te genieten van de sterren. Laten we hopen dat, wanneer we over enkele jaren terugkijken, we dan de conclusie trekken dat dit het college was, dat het licht uitdeed in Wijchen. En dat we zagen dat het goed was.”