We zijn de afgelopen periode twee keer ruw stilgezet en dwingend opgeroepen tot evaluatie en heroverweging van ons gedrag.
Het eerste moment was de uitbraak van het Covid-19 virus. Het heeft voor iedereen de wereld even stil gezet. Voor sommige onder ons zelfs heel hardhandig, het Covid-19 virus maakte veel slachtoffers. Ook om ons heen. Het heeft me verbaasd hoe weinig er aandacht was voor de slachtoffers van het virus. Er is nauwelijks openlijk gerouwd. Dat moest toch wel. Ook nu nog is het gevaar niet geweken. Er is nog geen vaccin en nauwelijks doeltreffende behandeling. We zijn ons bewust geworden van een wereld waarin we ons veel te weinig rekenschap gaven van de gevolgen van ons eigen gedrag: het ongebreideld vliegen naar verre oorden. Dat maakte de wereld zo klein zoals hij nu is en verspreidde de virus in een noodtempo. Met grote gevolgen voor de volksgezondheid en voor de economie. Er gaan steeds meer geluiden over het veranderen van onze economische aanpak, ons (onnodige) uitgavepatroon (hoeveel t-shirtjes liggen er niet in de kast?), onze zorgvuldigere manier om met het klimaat om te gaan, en onze kijk op het bestaan: het anders organiseren van onze samenleving. Geen marktwerking meer in de zorg, bijvoorbeeld. Dat we zelf ook kijken wat we anders kunnen gaan doen, is zo klaar als een klontje.
Het tweede moment was de gewelddadige dood op George Floyd in Amerika. De dood, door politiemensen gepleegd, riep mondiaal erg veel woede wakker. Er ontstond grote verontwaardiging over de manier waarop, door witte culturen, met gekleurde mensen wordt omgegaan. Ook in Nederland wordt er volop gedemonstreerd. En komen de gekleurde Nederlanders met verhalen uit hun leven waarin ze niet gehoord of niet gezien of, erger nog, gediscrimineerd zijn. Ook dit roept ons op tot introspectie. Wat doen we, welke kans geven we onze gekleurde medemens op een even waardevolle plek in onze samenleving als we zelf?
Een kijktip: De waardevolle filmpjes over “ rascisme in Nederland, ook hier” van de EO.