Op 3 juli werd de jaarrekening 2024 besproken en de perspectiefnota 2025. Er is – mede dankzij de voorjaarsnota vanuit Den Haag – meer geld over. Wat moet er met dat geld gebeuren? Moet het alleen opzij gezet worden voor moeilijke tijden, of moet er óók geïnvesteerd worden in de Wijchense samenleving? GroenLinks koos met de PvdA en D66 voor dat laatste, terwijl Kernachtig Wijchen, het CDA en de VVD kozen voor sparen. GroenLinks-raadslid Pepijn Oomen: “Natuurlijk is sparen verstandig, maar je moet niet vergeten dat er juist ook geïnvesteerd moet worden in vergroening, verduurzaming en in het Wijchense vrijwilligersleven. Om te voorkomen dat je over 50 jaar een onleefbaar Wijchen hebt.”

Dat er meer geld over is, past in een patroon, signaleerde Oomen in zijn beschouwing hierover: “Er is in de afgelopen jaren voorzichtig begroot en het resultaat blijkt altijd weer positiever dan gevreesd.” Oomen vervolgde: “Wat onze fractie betreft is er té voorzichtig begroot. Al te grote voorzichtigheid leidt tot stilstand en stilstand is achteruitgang.” GroenLinks sprak de vrees uit dat het huidige voorzieningenniveau in Wijchen hierdoor op langere termijn niet houdbaar is en dat Wijchen niet voldoende toegerust zal zijn op de klimaatverandering. “Ik vrees dat we over 50 jaar zullen moeten constateren dat Wijchen in deze periode niet meer in de gemeente en haar inwoners investeerde met armoede en kaalslag als gevolg.”

OZB

Dat de financiële meevaller ook tot een lagere stijging van de OZB zou moeten leiden, daar waar alle partijen in de Wijchense raad het over eens. De linkse oppositie bepleitte om de OZB voor Wijchense huizenbezitter en voor de bakker en slager te laten dalen maar de stijging voor de eigenaars van de grote bedrijfspanden niet ongedaan te maken, zodat er ruimte zou blijven voor investeringen in de samenleving. De coalitiepartijen kozen er echter voor om de OZB over de hele linie te laten dalen.